Faeröer Eilanden (1)

De Faeröer eilanden is een eilandengroep gelegen in de Noordelijke Atlantische  oceaan in de driehoek IJsland-Schotland en Noorwegen. Het vormt een autonoom gebied binnen het koninkrijk Denemarken en hebben hun eigen taal en munteenheid. De naam van de Faeröer komt waarschijnlijk van “schapeneilanden” En deze prachtige archipel bezoeken wij van 3 t/m 14 mei. De reis hier naartoe vergt wel enige voorbereiding. Wat gaan we bezoeken en en hoe komen we daar. Het is er vaak nat en winderig en de temperatuur zal tussen de 6 en 8 graden liggen, dus ook de kleding moeten we daar op aan passen.  Maar Nando is een kei in uitstippelen en de opvang voor Bruc is geregeld. Twaalf dagen op deze eilanden lijkt lang, maar ik weet zeker dat het te kort is voor wat we allemaal willen gaan zien.

Zo lang gaan we er natuurlijk niet over doen. We vliegen vanaf Schiphol naar Kopenhagen en vanaf daar naar Vágar.

We beginnen onze vakantie in het plaatsje Sørvágur op het eiland Vágar.  Als we rond de klok van 7 arriveren staat de eigenaresse van het guesthouse ons al op te wachten. We zijn aangenaam verrast door de ruimte waarin  we de komende 3 nachten verblijven. Een modern ingericht appartement met een grote keuken en 2 slaapkamers.

Onze eerste verblijfplaats.

De andere gasten arriveren zaterdagavond en zullen ook gebruik maken van “onze” badkamer en keuken. We zijn het grootste deel van de dag weg, dus “who cares” Bij de vraag om een geschikte plek om een hapje te eten zijn we verbaasd te horen dat het restaurant om half 8 de keuken sluit en op zaterdag en zondag helemaal niet open gaat. Maar de supermarkt in de straat sluit pas om 22uur de deuren. Ach we hebben een oven, zijn moe en nemen dan ook genoegen met een diepvries pizza. Echt culinair zal onze reis toch niet worden en dat was ook niet de bedoeling.

Hoewel het leuk is om een planning te maken is het op deze eilandengroep toch wel helemaal afhankelijk van het weer wat je kunt gaan doen en al op de eerste dag veranderen we onze plannen. We zetten onze wandeling naar Tintholmen uit het hoofd en we rijden naar de waterval van Gásaladur een prachtige waterval op een even zo mooie lokatie. Overal waar je kijkt heb je een enorm mooi uitzicht.

Múlafossur de waterval bij Gásadalur.
uitzicht Gásadalur.

We blijven daar een tijdje voor foto’s en gaan dan door naar  een plek waar je een uitzicht hebt op de Trøllkonufingur, een rotsformatie langs de stijle wand van een klif. Maar helaas is ook dit topje gehuld in een dikke pak wolken. Desalniettemin is de korte wandeling ernaar toe leuk en je hoort mij niet klagen.

Trøllkunofingur gehuld in de wolken.

We besluiten hierna via Vestmanna  en Kvikvik op het eiland Streymoy  naar Leynar te rijden. Het uitzicht onderweg is mooi en we stoppen op diverse plaatsen om een plaatje te kunnen schieten.  Bij Kvikvik fotograferen we de  waterval bij de berg Eglisfjall. Hoewel het een grote berg is verdwijnt deze soms helemaal in de wolken. In Leynar vinden we als op zoveel plekken ( eigenlijk overal om ons heen)  schapen.  Ze wandelen tussen de traditionele, met een dak van gras, huisjes door. Heel veel schapen hebben lammetjes. Veel hebben er zelfs twee.  Hierna besluiten we nog even via Trøllkunofingur terug naar Søvagur te rijden. Want Nando wil zo graag deze legendarische rotsen op de foto zetten. Nu hebben we iets meer gelukt en zijn ze voor een deel zichtbaar. Terug in Sørvagur schijnt er nog een mooi licht over de Sørvásfjorður. Het fjord waaraan onze verblijfplaats ligt.
Hoewel we door het weer van onze planning zijn afgeweken hebben we toch een verrassend mooie dag gehad.

De berg Eglisfjall   verdwijnt achter de waterval geheel in de mist.
Zoals bijna overal lopen de schapen door de dorpjes. Het gehucht Leynar.
Als we een tweede keer een poging wagen kunnen we een glimp van de Trøllkunofingur opvangen.
Het fjord bij Sørvágur wat bij eb een groot deel droog valt.

De volgende dag gaat al weer vroeg de wekker. Door het “slechte” weer moeten we ook deze dag weer van onze planning afwijken. Een bezoek aan het eiland Mykanos ( het vogeleiland) kunnen we wel vergeten. Door de zware bewolking, het eiland ligt de hele dag in de wolken, gaan de excursies daarheen niet door. Dus ook vandaag moeten we wat anders verzinnen voor onze trip. Maar met al dat moois en de digitale voorverkenning van Nando is dat geen probleem.
We passeren het beeld van “Nix” in het water.

De “Nix” een mythologisch figuur wat mensen het water in lokt. De legende gaat dat als je zijn naam noemt je bevrijdt word van zijn ban.

Als we via Sørvágvatn en Kollafjorður naar Saksun rijden genieten we van het mooie landschap en uitzicht op de fjorden en de oceaan. Ook hier komen we op onze weg weer diverse schapen tegen welke soms als lifters langs de weg lijken te lopen.

Een schaap langs de weg. Deze moet nodig geschoren worden. Zijn vacht lijkt op een bundel vracht.
Het prachtige landschap onderweg. Een deel gehuld in de wolken.

Saksun is een plaatsje aan een fjord welke vroeger een havenplaats was maar door een grote storm in de 16e eeuw helemaal volgegooid is met zand. Tegenwoordig wonen er nog 4 mensen en de rest van de huizen en kerk doen dienst als museum. Ook is het decor geweest van een tweetal films. Het weer zit niet echt mee maar tussen de buien door genieten we toch van het prachtige uitzicht in dit plaatsje We lunchen in de auto.

Een boerderij in Saksun met het typische dak van gras. Het merendeel van de bebouwing is verlaten.
Uitzicht over het fjord wat met eb groot deels droog komt de te staan.
Lunchen in de auto.

Na de lunch rijden we door om de rotsformatie Risin en Kellingin te zien. Twee rotsen die volgens de legende versteende reuzen zijn die de eilanden naar IJsland wilde slepen. We fotograferen nog wat op het strand van Tjørnuvik voor we terugkeren naar ons appartement. De avond ziet er beter uit en we besluiten na het eten terug te rijden naar de waterval van Gásadalur.

Omdat het weer echt anders is zijn ook de uitzichten anders en dat maakt het dat we toch nog enkele keren stopppen op plekken die we eigenlijk al gezien hebben. Maar door de weersverandering een hele andere uitstraling hebben. Soms moet ik gewoon even stilstaan om te genieten van dit overweldigende landschap. Ik zeg altijd dan is het bij ons maar behelpen.

Langzaam komt het zonnetje tevoorschijn.
Uitzicht vanuit het plaatsje Bøur op de rotsen Dranganir.
Bij Gásadalur. Een muurtje geeft een landsgrens aan.

Bij de waterval maken we een paar foto’s. Het is door het licht wel wat anders dan die ochtend en opeens ziet Nando een papegaaiduiker. Deze vogel wilde ik zo graag zien en op de foto krijgen. Ik blijf maar fotograferen terwijl ze eigenlijk net iets te ver weg zitten. Maar in ieder geval heb ik ze gezien.

Múlafossur. waterval bij Gásadalur

Na een tijdje komt een koppeltje dichterbij en helemaal happy maak ik een aantal, voor mij, prachtige foto’s. We besluiten nog even een wandeling naar de top van de klif te maken omdat het nog even duurt voordat de zon ondergaat ( rond de klok van 10 s’avonds) De tocht er naartoe is prachtig. De zon en wolken spelen een spel van licht en schaduw op de berg. Eenmaal boven ga ik heerlijk zitten en ook hier verschijnen de papegaaiduikers vlak voor mijn neus. Ik ben natuurlijk helemaal in mijn element. Als we later terug komen bij de waterval, om de zonsondergang te fotograferen, staat er een hele groep fotografen op een rijtje. Ik schiet vlug een plaatje want zo blij als ik van die prachtige vogeltjes werd, ga ik van deze zonsondergang op dat moment niet worden.

Een papegaaiduiker. Ver weg op een rots.
Als ik dichter bij kan komen kan ik deze veren poetsende papegaaiduiker mooi op de foto zetten.
Het zonlicht speelt met het landschap.
Een koppeltje papegaaiduikers vliegt vlak voor mijn neus af en aan in de harde wind.
Zonsondergang Gásadalur.

Na drie nachten in ons appartement is het tijd om verder te trekken. Voordat we het dorp verlaten maak ik even vlug nog wat foto’s van de Steenloper die zich met eb tegoed doet aan de beestjes in het fjord.

Steenloper die zich bij eb tegoed doet aan het eten.

We gaan naar het dropje Gjógv (spreek uit jakv) op het eiland Eysturoy. Maar voor we hier naartoe rijden maken we een wandeling naar de klif Trælanípa en de waterval Bøsdalafossur. Ook zien we hier het “zwevende” meer, de Sørvágsvatn. Een meer op een rots met een waterval van zo’n 30 meter hoog in de oceaan. Het is raar om te zien. De punt van de klif is duizelingwekkend hoog. Eigenlijk merk je dat pas dat als er iemand boven op staat deze niet meer is dan een streepje. De weg naar de top is goed te doen. Mijn hoogtevrees komt pas om de hoek kijken als ik boven aan de rand naar beneden kijk.

Het pad naar de Trælanípa en Bøsadalfossur. Een prachtige wandeling die goed te doen is.
Sørvágsvatn
Trælanípa klif

Na een theetje en tig foto’s dalen we af naar de waterval. Het is machtig om de kracht van het water tegen de rotsen te zien beuken en ook hier vermaken we ons prima. Ook op de terugtocht blijf ik omkijken en foto’s maken. Dan besef je telkens weer hoe machtig mooi de natuur is.

De plek waar het water van de Sørvágsvatn in de oceaan stort. De Bøssadalfossur.

Het is al vroeg in de avond als we de weg naar Gjógv nemen. Een smalle weg met grote haarspeldbochten over een berg heen. Omdat het uitzicht hier zo prachtig is moeten we ook hier wel een paar keer stoppen.

De weg over de berg naar Gjógv.

Eenmaal ingecheckt en na te hebben gegeten houd ik het voor gezien. Nou ja, als ik naar buiten kijk zie ik de schaapjes door de tuin lopen. Natuurlijk kom ik daar wel even mijn bed voor af. Ik maak bij de hotelkamer mijn laatste foto’s van die dag.

Uitzicht vanaf het terras over het dorpje Gjógv.

Die dag zeg ik, want een paar uur later staan we weer naast ons bed. Het is helder buiten en de verwachting voor het noorderlicht zijn erg hoog. Dus vol goede moed gaan we naar buiten. Maar al gauw blijkt dat het hier veel te licht is om het noorderlicht te kunnen zien. Zelfs op het donkerste moment van de nacht is het nog niet donker genoeg. Toch maken we nog wat foto’s. We zijn er tenslotte toch en ook bij nacht is het landschap mooi. Daarna duiken we echt ons bed in om de volgende dag weer op tijd bij het ontbijt te verschijnen.

Echt donker wordt het niet in Gjógv.
De kloof waaraan het dorpje zijn naam ontleend is ’s nachts verlicht met gekleurde lampen waardoor het een heel andere uitstraling krijgt.

Het volgende deel volgt snel. Andere foto’s van deze reis kun je vinden op mijn Flickr site via onderstaande link. (even op foto klikken) Veel leesplezier. Reacties zijn altijd welkom.

Múlafossur

 

 

3 gedachten over “Faeröer Eilanden (1)”

  1. Wat ’n mooie ervaringen en vooral plaatjes. Ik heb van je verhaal genoten Hetwie. Heb het zo toch ’n beetje meegemaakt.

  2. Dit zullen niet veel mensen je na kunnen vertellen.
    Wat een schitterende reis, omgeving en foto’s, dank je voor het delen!

  3. Wat heerlijk om je zo uit je tenen te zien genieten, niet alleen in je foto’s, maar vooral ook in dit blog! Ik word er helemaal blij van om jou zo uit je dak te zien gaan. Wat blijft dit prachtig, ik kan echt eindeloos naar de foto’s kijken.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.